Als aanvulling op
op dit draadje
en dank aan Paul voor deze mooie reis heb ik de moeite genomen om een uitgebreid verslag te schrijven van deze geweldige reis.
Het is altijd al een droom van mij geweest om in plaats van een “B&B-motorvakantie” een “kampeer-motorvakantie” te maken. Dat heerlijke gevoel van vrijheid op de motor combineren met het slapen in de vrije natuur. Niet weten waar je ‘s avonds eindigen zal, aan het eind van de dag je tent opzetten op een plek die je leuk vind. Indien mogelijk wildkamperen en je maaltijd primitief bereiden op een brandertje. Sanitaire voorzieningen hebben geen prioriteit, wassen kan ook in een bergbeekje. Om het gevoel van vrijheid nog meer te kunnen voelen, zou een combinatie van asfalt en onverhard helemaal ideaal zijn.
Maar ja, hoe verwezenlijk je zo’n droom als niemand in je familie of vriendenkring wil kamperen, offroad rijden en helemaal basic op vakantie wil? In mijn eentje naar het onbekende wil ik niet, omdat ik te weinig offroad ervaring heb en ik geen technische kennis heb om mijn motor te repareren als deze in de middle of nowhere stuk zou gaan.
Gelukkig vond ik bij Paul van Motortours and Tracks de ideale oplossing om mijn droom te verwezenlijken. 1 week allroad door de Frans-Italiaanse alpen, wildkamperen en avontuur. Die kans wilde ik niet voorbij laten gaan en heb me bij Paul aangemeld.
Een jaar geleden heb ik speciaal voor deze vakantie een Transalp gekocht, noppenbanden erop en in de wintermaanden een bagagerekje erop geknutseld om de nodige bagage mee te kunnen nemen. Off-road rijden is niet geheel nieuw voor mij, maar toch reken ik mezelf nog tot een beginner. Zeker het off-road rijden met volle bepakking is een hele nieuwe ervaring.
Op 6 september 2014 is het dan eindelijk zover. De lange reis van 1000 km naar Briancon kan beginnen. De Alp achterop een aanhanger gezet en om 5 uur vertrokken naar zuid Frankrijk. 's Middags om 17 uur arriveer ik op de camping waar Paul mij al enthousiast staat op te wachten. Tentje opgezet, flesje rosé opengetrokken en Paul begint met het bereiden van een lekkere maaltijd. Vanavond vroeg naar bed, want ik ben moe van de lange reis.
Zondag om 7 uur opgestaan, ontbijtje, tentje afgebroken en alles achterop de Alp gebonden. De 1e rit kan beginnen. Nadat we de top van de col de Izoard hadden bereikt kregen we het eerste onverharde pad met schitterende uitzichten.
Rond de middag een picknick met cake die mijn vrouwtje lief voor ons gebakken heeft. Via de Colle della Angelo passeren we de grens met Italië.
Asfalt wordt afgewisseld door onverharde paden. Het off-road rijden gaat mij goed af, ik krijg steeds meer zelfvertrouwen en de gashendel gaat steeds verder open.....totdat we op een pad met grote losliggende keien terechtkomen. Na het uitkomen van een bocht schrik ik van een paar keien die tegen mijn voeten springen en mijn voorwiel wat over een paar losse keien springt. Wat ik verkeert gedaan heb weet ik me niet meer 1-2-3 te herinneren, maar ineens lag ik op de grond en de Alp op de rechterzijde. Paul die voorop reed had dit niet zien gebeuren en reed vrolijk verder. Gelukkig geen schade aan de motor en mijn lijf was ook nog heel. Motor met volle bepakking optillen lukt niet, dus eerst de bepakking eraf gehaald en daarna de Alp rechtgezet. In de tussentijd had Paul al in de gaten dat ik niet meer achter hem reed en was omgekeerd. Net toen ik de bagage weer opgebonden had arriveerde hij. Zijn bezorgdheid verdween meteen toen hij mijn grote grijns zag. "We kunnen weer verder" riep ik en het gas ging er weer op. Achter mij kwam een quad aangereden die ik graag voor wilde blijven.....iets meer gas dacht ik......ja hoor, te veel gas en de Alp gleed weer onder mij vandaan, 100 meter van de plek waar ik eerst lag. Dom, dom, dom. Dit keer wel schade aan de Alp. Rechter kuipdeel beschadigd en de bagagetassen afgescheurd. Met wat ducktape en spanbanden heb ik de boel weten te repareren. De rest van de dag verliep zonder valpartijen en op een primitieve camping in Italië waar we een mooi plekje aan de rivier hadden gevonden hebben we nog veel napret gehad om mijn domme valpartijen.
Maandagochtend na het ontbijt de tent weer afgebroken en de spullen op de motoren geknoopt. Meteen na het starten van de motoren zaten we op een geweldig mooie pas met geweldige uitzichten onder een strak blauwe hemel. Nadat we de top van de asfaltweg bereikt hadden ging de weg verder in onverhard, een smal keienpad wat niet meer op mijn navigatie werd weergegeven.
We hadden de weg vrijwel voor ons alleen, welgeteld twee wandelaars zijn we tegengekomen. Alsof je helemaal alleen op de wereld bent, fantastische uitzichten, de geur van de vele kruiden die er in het wild groeien en de kale bergen die afsteken tegen een strak blauwe hemel. Hier en daar springt een bergmarmot de weg over, stoppen om een foto te maken van het beestje heeft geen zin want ze zijn in een paar tellen weer verdwenen.
Maar ook vandaag slaat het noodlot weer toe. Ik reed voorop en ineens bemerkte ik dat Paul niet meer achter mij reed. Vijf minuten heb ik gewacht, daarna een plekje gezocht om mijn motor op het smalle pad wat te draaien. Dat draaien op zo’n smal pad met rechts een hoge berg en links een diepe ravijn valt niet mee, maar na wat kunst en vliegwerk lukt het toch om de motor 180 graden te draaien. Nadat ik een kilometer en een paar hairpins terug was gereden zag ik Paul naast zijn BMW R80 zitten. Het oude beestje had er geen zin meer in. De accu laadde niet meer bij en was helemaal leeg getrokken. In eerste instantie dacht Paul dat de dynamo het begeven had, maar nadat we de dynamo bloot gelegd hadden bleek er niets vreemd aan de hand te zijn. Er moest ergens een lekstroom zijn die de accu leeg trok. Met behulp van een paar startkabels hebben we de BMW weer aan de praat gekregen.
In de daaropvolgende uren hebben we de BMW nog een paar maal moeten overstarten. Omdat we niet wisten waar de fout lag hebben we besloten om terug naar Briancon te rijden ware Paul nog een reservemotor klaar had staan, een Alp.
Na een paar uur rijden kwamen we aan op de col de Vars. Paul reed voorop en ineens begon mijn Alp vreemd gedrag te vertonen. Het vermogen viel soms weg en ineens deed hij helemaal niks meer. Hij stotterde af en toe en het ik kreeg het vermoeden dat de benzine op was, maar nadat ik in de tank gekeken had bleek er nog voldoende in te zitten. Paul was in zijn haast rap doorgereden naar Briancon, en ik stond stil,op de col de Vars. Ik besloot om de motor die bergopwaarts stond te draaien, zodat ik naar het dal kon rollen. Bergopwaarts keren met een volbepakte motor die het niet meer doet is geen makkelijke opgave. Tijdens het keren kwamen twee Nederlanders aanrijden, ook op een Alp. Ze vroegen of ze mij konden helpen en dachten dat mijn CDI het waarschijnlijk begeven had. Maar dat kan niet want ik had er een maand geleden twee nieuwe ingezet. Of ik dan nog benzine had? Ja, ik heb gekeken en er zit voldoende in, antwoordde ik. We hebben nog even gepraat en wat bleek, die twee zijn lid van de Transalpclub. Hoe ze heetten dat weet ik niet meer, maar het zijn twee behulpzame en vriendelijk mensen. Ze reden achter mij aan, terwijl ik de Alp in zijn vrij de berg af liet rollen. Tijdens het rollen sloeg de Alp weer aan en ik was weer helemaal blij. Even de duim in de lucht voor de twee behulpzame mannende die mij daarna inhaalden terwijl ik een restaurant zocht om even wat te drinken. Ineens sloeg de Alp weer af en deed helemaal niks meer. Ik besloot Paul te bellen die inmiddels in Briancon gearriveerd was. Pauls eerste reactie was: "heb je het reservekraantje van de tank al eens geprobeerd." Zit er dan een reservekraan op de Alp? Tja......ik rijd in mij normale leven op een GS, die heeft geen reservekraantje. Zolang er benzine in zit doet die het. Toch maar eens proberen dan......jawel hoor, kraantje op reservestand gedraaid en de Alp deed het weer. O,o,o, wat voelde ik mij DOM! Ik kon wel door de grond zakken van schaamte. Dat ik daar niet aan gedacht had, dat is normaal gesproken het eerste waar je aan denkt als de motor begint te stotteren! Weer een wijze les geleerd, snel vergeten en verder naar Briancon om te eten en te slapen.
Dinsdag vroeg uit de veren, want we hebben heel wat kilometers in te halen van de rit die we gisteren afgebroken hadden. Paul had de BMW ingeruild voor de Alp en we zetten koers via de snelste weg naar het punt waar we gisteren de route afgebroken hadden. De “inhaalroute” gaat van Briancon naar de col de Vars en daarna over de col de Bonette. Na iets meer dan twee uur stonden we aan de zuidzijde van de Bonette. Maar goed dat we vroeg op pad waren en het nog niet druk was op de weg, we hebben zowat alle snelheidsrecords verbroken naar mij idee. Tjonge wat een tempo hebben we erop gehad zeg. Maar na een dikke twee uur scheuren over de cols begon ik mijn billen wel te voelen. Het zadel van de Alp heeft mijn kont behoorlijk gepijnigd. Snel even een lunch naar binnen werken en weer verder. Vandaag dus geen onverhard gereden, maar ook het asfalt is leuk in de Alpen.
Aan het eind van de dag bouwen we onze tenten op aan de col de Turini. Hier laten we onze tenten twee nachten staan, zodat we morgen zonder bagage kunnen rijden over de vele onverharde wegen.
Woensdagochtend gaat het weer verder.
De zon laat zich vandaag niet zien, maar gelukkig is het droog. Zoals gezegd rijden we vandaag zonder bagage wat het rijden een stuk makkelijker maakt. Paul heeft er een leuke film van gemaakt:
Klik hier:
Via diverse onverharde paden komen we rond de middag aan bij het plaatsje Tende waar we via een geweldig onverhard bospad de top van de col de Tende bereiken.
Boven bij het Fort central nemen we een lunch met uitzichten over de bekende haarspeldbochten van de Tende.
Helaas is deze bekende weg met ontelbare hairpins om een of andere reden afgesloten en helemaal vrij van verkeer. Toch komen er ineens een colonne BMW's omhoog rijden. Het is hen blijkbaar gelukt om de hoge barrière die op de col was aangelegd te overmeesteren. De spiksplinternieuwe GS-en bleken van het BMW enduropark Hechlingen te zijn. Die mannen trekken zich niks van een barrière aan, elke motor hadden ze met vier man over de barrière getild. Het is natuurlijk niet legaal wat ze deden, misschien daarom wel spannend, maar wij hebben daarvoor in de plaats een veel mooiere legale weg door het bos gemaakt, die ook nog een graadje moeilijker is dan die bekende hairpins van de Tende.
Onze afdaling gaat via een ander bospad wat net zo mooi is dan de klim omhoog, er zit zelfs nog een mooi tunneltje in de route.
We moeten nog ongeveer twee uur rijden eerdat we bij onze tentjes zijn. De lucht wordt steeds donkerder, we zullen het niet droog houden. Het begint een beetje te regenen en op het moment dat het met bakken uit de lucht komt vallen is er geen enkele plek waar we even kunnen schuilen. De enige schuilplek was in een tunnel waar we een veilig plekje konden vinden. Op dat moment waren we al door en door nat, de regen werd niet minder en we besloten verder te rijden. Na een half uur rijden werd het dan toch nog droog en kwamen we ook weer in de bewoonde wereld terecht waar we een kopje koffie konden drinken. Vanaf dat moment bleef het ook droog en in de laatste kilometers naar onze tentjes konden onze kleren droog waaien.
Donderdag gaat een zware dag worden, we hebben heel wat kilometers voor de boeg. Nadat we een paar uurtjes onverhard gereden hebben vinden we een leuk plekje voor de lunch.
Na het onverharde volgt er een mooie bergpas, op de kaart is deze weg als verhard aangegeven, maar het asfalt zit vol gaten en losse gravel. Een geweldig mooie weg met grandioze rotspartijen.
Zodra we deze weg verlaten rijden we door de gorge de Cians met rode rotswanden en vele snelle bochten. Op de col de Cayolle rijden we in een rap tempo tezamen met een stel Duitsers, de een op een oude XT en de ander op een oude Teneré. Aan de noordzijde van de Cayolle stoppen we en raken heel even in gesprek met de Duisers. Van hieruit gaan wij verder op de onverharde kant van de Bonette, die meteen een moeilijk begin heeft met veel losse stenen. Het is oppassen geblazen, de wielen van de Alp dansen van links naar rechts en de grote keien knallen tegen de grondplaat aan. Het kost veel energie om de motor in bedwang te houden en na een poosje moet ik even stoppen om bij te komen. Paul heeft pret om te zien hoe vermoeid ik ben en stelt me gerust dat het pad na een paar haarspeldbochten beter zal worden. Dat gaf mij weer moed om vlug verder te gaan. En jawel hoor, het pad werd al snel beter, de grote losse keien waren verdwenen en het gas kon weer wat verder opengedraaid worden. Hier en daar steken een aantal bergmarmotten over het pad en uiteindelijk komen we uit op het geasfalteerde deel van de Bonette, zo'n 200 meter onder de top. We dalen nog een klein stukje naar beneden en precies op 1950 meter hoogte zien we een geweldig mooi kampeerplekje in een grote wei. Om hier te komen moeten we wel nog even een klein smal onverhard paadje nemen. Het kampeerplekje wat we hier hebben is werkelijk de mooiste slaapplek die ik ooit in mijn leven heb gehad. Rondom een prachtig uitzicht naar de toppen van de Bonette, achter ons een kabbelend beekje en voor ons een paar watervallen.
We moeten wel opschieten met het opzetten van de tent, want de zon zal snel achter de bergen verdwenen zijn. Nadat de tenten stonden genoten we van de ondergaande zon.
Nog snel een maaltijd bereiden en daarna de afwas doen in een bergbeekje.
Een film van de beklimming van de Bonette met aansluitend een 360 graden beeld van onze (wild)kampleerplek zie je in dit filmpje:
Vrijdagochtend worden we wakker op de Bonette. Het uitzicht wat we hebben bij het openritsen van de tent is met geen pen te beschrijven, zo mooi. Het heeft een aantal graden gevroren vannacht. Het ijs staat op de tent en onze motoren. De wei is wit en ik moet uitkijken dat ik niet uitglijd als ik in mijn pyjama en teenslippers over het bevroren gras loop. Omdat dit zo'n geweldige beleving is voel ik niet eens de kou om me heen. In mijn pyjama sta ik foto's te maken terwijl de temperatuur nog behoorlijk onder het vriespunt ligt.
Na het ontbijt zie we langzaam de zon achter een van de toppen tevoorschijn komen.
Snel pak ik mijn camera en maak elke 10 seconden een foto van de bergtop waarachter de zon vandaan komt. Fantastisch omdat mee te maken, zonsopkomst op de mooiste slaapplek van mijn leven. Een strak blauwe lucht boven de bergtoppen en ineens verschijnt daar de zon. Terwijl ik sta te fotograferen merkte ik dat ik er toch wel een beetje emotioneel van werd. Alsof er een kind geboren werd, zo mooi vond ik dit om mee te maken.
Nadat de zon onze tentjes gedroogd had hebben we de motoren bepakt en zijn we in Jausiers een lekker kopje koffie gaan drinken. Na de koffie zetten we koers naar de tunnel du parpaillon.
Via een kilometers lang keienpad en haarspeldbochten gaat de weg omhoog. Bijna aan de top nemen we een half uurtje de tijd om te picknicken op een plek met een mooi uitzicht over het dal.
Daarna was het nog 10 minuutjes rijden tot de ingang van de tunnel.
En omdat iedereen dit doet wil ik ook bovenop de tunnel zitten met mijn handen in de lucht, alsof ik een wereldprestatie geleverd heb
Terwijl we aan het fotograferen zijn, komen er twee motoren uit de tunnel gereden. Het waren dezelfde twee Duitsers die we gisteren gesproken hadden. Aardige gasten die twee. Tijdens het gesprek vertelden ze dat ze deze reis op twee oude motoren maakten om hun "oude dag" te vieren, ze waren beiden 50 jaar geworden. "Zwei alten Männer auf zwei alte Motoren", vertelden ze. Toevallig dat ook ik dit jaar 50 geworden ben en ook op een oude motor rijd. Na nog een poosje flauwekullen met de twee Duitsers zijn we door de donkere tunnel gereden, vol met plassen water. Veel zie je hier niet, groot licht is nodig om te zien waar je rijd, maar tegelijkertijd word je een beetje verblind door het felle licht aan het eind van de tunnel.
Deze tunnel stond al jaren op mijn "to do list", en kon dus bij deze afgestreept worden. Het einde van de tunnel was ook teven bijna het einde van deze vakantie.
Nog een uurtje of twee rijden en we zijn weer op het startpunt van de reis, Briancon.
Zaterdagochtend na het ontbijt neem ik afscheid van Paul, met wie ik een geweldig mooie week heb mogen beleven. Een week waar ik een jaar lang naar uitgekeken heb, waarvoor ik zelfs nog een Alp voor aangeschaft heb, omdat mijn GS veel te zwaar is voor dit werk. Paul blijft nog een weekje hier, want vanavond arriveert een nieuwe groep avonturiers die net als ik een geweldige week tegemoet zien. Nadat Paul mij uitgezwaaid heeft mag ik aan de lange reis naar huis beginnen, 1000 saaie snelwegkilometers in mijn auto, met in de achteruitkijkspiegel de Alp die een week lang mijn maatje is geweest.
's Avonds om 21 uur arriveer ik thuis huis, waar mijn lieve Sophie mij verwelkomt. Het weerzien van mijn lief doet de lange saaie autowegrit van vandaag snel vergeten.
Ook ik heb het in één keer uitgelezen. Zeer herkenbaar zowel in foto's als in tekst.
Ik was één van de vriendelijke mannen waarvan je melding maakt, de andere is hier bekend als Goobi. (Aka Geert-Jan)
Hij heeft een artikel voor de Transalper editie november-december geschreven, waarin hij ook melding maakt van ons contact op maandag 8 september.
Hoi Erik,
Leuk dat je reageert. Tja, het was toch de benzine die op was maar mijn oog was niet op het kraantje gevallen ik ben geen lid van de Transalpclub, dus heb het artikel niet kunnen lezen.
KTM 990 Adventure
Aprilia Caponord 2007 (verkocht)
Honda CB 750 Bol 'd Or 1980
Honda CB 900 F2 Bol d'Or 1982 (in verkoop)
Alpje 1993 met blafpijp (verkocht)
Mijn oude Alpje uit 1998 is terug en gaat nooit meer weg! Ik heb gelogen, toch verkocht 2-5-2015.
Tja, het was toch de benzine die op was maar mijn oog was niet op het kraantje gevallen ik ben geen lid van de Transalpclub, dus heb het artikel niet kunnen lezen.
Ja, we zijn inderdaad twee behulpzame en vriendelijke mensen maar verstand van benzinekraantjes hebben we niet, haha! Mooi verhaal en een schitterende off-road tour! Ik stuur je die digitale Transalper per mail.